De oude man en de baard (deel 2)
In het programma van vorig jaar had ik twee karakterrollen. De één was Xiao He: top adviseur van de eerste Han dynastie keizer en leermeester van de nooit-verslagen generaal Han Xin zo rond 200 v. Chr. en de andere karakterrol was Liu Yanchang: een geleerde waar een godin verliefd op werd en op aarde mee trouwde. Maar deze rollen hadden betrekking op duet stukken waardoor je dus kan zeggen dat ik onofficieel een eerste danser was die alleen niet in het programmaboekje stond, maar dat vond ik niet erg. Dit jaar is mijn belangrijkste karakterrol een oude abt die ongeveer 30 seconden opduikt om de dronken monnik Lu Zhishen te verbannen uit het klooster.
Eigenlijk maakt het voor mij niet zo uit welke rol ik speel, of waar ik op het podium sta. Dat is natuurlijk iets dat de choreograaf bepaalt. Zelfs als ik in een heel ver donker hoekje van het podium gezet zou worden, dan zou ik nog mijn best doen voor mijn rol, wat dat dan ook moge zijn, zo goed als ik zou kunnen. Ik denk dat al mijn mededansers in het gezelschap er ongeveer net zo in staan. Dit jaar ben ik tevreden en toch heel vastbesloten om een net zo’n goede groepsdanser te zijn als eerste danser. Bovendien blijkt dat het heel cool is om een oude man met een baard te spelen!
Ook al verschijn ik in deze rol maar superkort op het podium, moet ik bekennen dat het voor mij de allerleukste 30 seconden van het hele programma zijn. Waarom? Omdat ik gewoon heel veel uit deze 30 seconden haal. Allereerst is het een rol die me dwingt om echt na te denken over het karakter van de oude abt: de reacties en emoties die hij misschien ondergaat als hij, het hoofd van een goedgedisciplineerd klooster, één van zijn discipelen totaal laveloos thuis ziet komen. De uitdaging is om zijn mentale script te pakken en het in elke beweging via mime uit te drukken.
Ik heb mezelf de gewoonte eigen gemaakt om, voordat ik het podium oploop, na te denken over hoe ik mijn bewegingen en houdingen zo duidelijk mogelijk kan maken om zo precies mogelijk uit te drukken wat ik tegen het publiek wil zeggen. Een klein verschil in de hoek van het hoofd kan de subtiele smaak van de emoties die gearticuleerd worden, verstoren en de precisie van het dansverhaal beïnvloeden. Misschien ziet het er voor het publiek in de zaal niet zo ingewikkeld uit (het zijn ook maar een paar seconden), maar dat is waar ik elke dag over mijmer in de coulissen voor die dans.
Wat ik ook heerlijk vind aan deze rol, is dat het echt niet nodig is om ervoor te zweten. Maar om eerlijk te zijn, wat ik er het allerleukste aan vind, is het oneindig genoegen van het dragen van een valse baard.
Maar jij vraagt je misschien af wat er zo bijzonder is aan een valse baard? Voor jou ziet het er misschien uit als een stuk oud vleeskleurig gaas waar plukjes pluizig zwart en witte haren uitsteken, maar voor mij heeft deze baard geschiedenis: dit is exact dezelfde baard die ik vorig jaar droeg als de leermeester Xiao He van weleer en die zo’n 100 voorstellingen (letterlijk) aan mij gehecht was.
Na alle voorstellingen die we samen hebben meegemaakt; man en baard, ben ik er warme gevoelens voor gaan ontwikkelen. Voor de baard en de lavendelhaarspray geur ervan. Met een zilverkleurige baard om mijn gezicht gewikkeld, heb ik het gevoel dat mijn mentale leeftijd meer dan verviervoudigt, en ben ik getransformeerd in een Chinese Gandalf de Grijze. Zonder baard is het lastiger om in mijn rol te komen en voel ik me gewoon veel minder wijs.
De rol van Xiao He en de oude abt lijken verrassend veel op elkaar. Beide karakters zijn oud en wijs. Beiden maken linksvoor hun entree op het podium en observeren het drama dat zich midden op het podium afspeelt. Beiden zijn verrast en interveniëren plotseling waarbij de muziekklank wisselt, gevolgd door een interactie met de hoofdrolspeler: de beroemde generaal Han Xin en de dronken monnik Lu Zhishen. En natuurlijk; de karakters dragen dezelfde baard.
Dit verhaal bevat geen vier pestkopjes die Han Xin plagen maar vier jonge monniken die Lu Zhishen laten struikelen en ervoor zorgen dat hij de tempel niet in kan. Dit jaar ben ik niet onder de indruk van Han Xin’s enorme nederigheid en verdraagzaamheid, maar ben ik geschokt en teleurgesteld door de dronkenschap van mijn discipel. Dit jaar draag ik geen vierkante hoed en een gewaad met wijde mouwen kenmerkend van de Han tijd, maar een “geschoren hoofd” en een bruin monnikengewaad uit de Song dynastie.
Het meest ironische is dat mijn mededanser en vriend Rocky Liao vorig jaar zowel Han Xin speelde als Lu Zhishen dit jaar.
Je begrijpt nu wel dat er altijd nieuwe dingen zijn om te leren en jezelf mee te vermaken, welke rol je ook danst, zeker als er gezichtshaar bij komt kijken!
(wordt vervolgd…)
De oude man en de baard (deel 2)
4 maart 2011