De Apenkoning verslaat de Duivel, uit Reis naar het Westen
Het verhaal van de Witte Beenduivel, afkomstig uit hoofdstuk 27 van De reis naar het Westen, is een klassieker in een klassieker. Het vormt de inspiratie voor de dans De Overwinning van de Apenkoning van Shen Yun en toont zijn enorme krachten. Het verhaal gaat als volgt.
De Boeddhistische monnik Xuan Zang (ook bekend als de Tang monnik en als Tripitaka) en zijn drie volgelingen reizen van China naar wat nu India heet, op zoek naar de heilige Boeddhistische geschriften. Op een dag trekken de Tang monnik en zijn volgelingen (Zhu Bajie, Sha Wujing en de Apenkoning, die eigenlijk Sun Wukong heet) de Witte Tijgerbergen in. Daar ligt de Witte Beenduivel op de loer.
In een poging om de reizigers te misleiden neemt de duivel een menselijke gedaante aan en verschijnt in de vorm van een jong meisje. De magische Apenkoning doorziet dit echter meteen en doodt de valse verschijning. Maar het plotselinge geweld van de Apenkoning tegen zo’n schijnbaar onschuldig meisje schokt de Boeddhistische monnik. De geest van de duivel verlaat het lichaam en laat alleen een lijk achter. Dan neemt hij de vorm aan van de moeder van het meisje, en de Apenkoning doodt ook die. De vredelievende monnik raakt wanhopig. De duivel heeft zijn les nog niet geleerd en vermomt zich opnieuw, nu als de vader van het meisje die ook door de Apenkoning gedood wordt, en deze keer wordt ook de duivel zelf verslagen.
Maar de arme monnik, die de duivelse geest niet kon zien, is geschokt en hij denkt dat zijn discipel gek moet zijn geworden omdat hij drie onschuldige mensen gedood heeft. Vol walging bant hij de Apenkoning uit de groep pelgrims en zweert dat hij hem nooit meer wil zien.
De Apenkoning wil afscheid nemen en buigt zich nederig neer aan de voeten van zijn meester maar de Tang monnik keert hem de rug toe: “ Ik ben een fatsoenlijke monnik, met zulke slechte mensen als jij wil ik niets te maken hebben!” De Apenkoning kan er niet tegen om afgewezen te worden. Hij trekt drie haren uit zijn hoofd en blaast erop. Onmiddellijk veranderen ze in nog drie apen zoals hij. Met zijn vieren gaan ze om de monnik heen staan en buigen gelijktijdig voor hem en de geïrriteerde monnik kan niet anders dan het gebaar accepteren.
Zonder de Apenkoning trekken de monnik en zijn overgebleven volgelingen verder en ze komen in een bos. Het zwarte dennenbos zit vol met boze geesten die te sterk blijken voor Zhu Bajie en Sha Wujing. De monnik wordt gevangen genomen en veranderd in een tijger. Uiteindelijk smeekt Zhu Bajie de Apenkoning om terug te komen. Hij accepteert het verzoek, verslaat de demonen en redt zijn meester zo opnieuw.
De vier reizen verder naar het Westen, en nog vele beproevingen zullen volgen.
19 juli 2011