De kalebas
In Chinese legendes komen vaak figuren voor die een kalebas dragen; hemelse dokters gebruikten ze om patiënten te behandelen; Tieguai Li, een van de acht Onsterfelijken van het Taoïsme, droeg altijd een kalebas over zijn schouder; en de excentrieke monnik Ji Gong had altijd een kalebas met wijn bij zich. De dronken monnik Lu Zhishen, die optrad in een Shen Yun dans in 2011, droeg een kalebas op zijn heup. Chang’e, die voorkwam in een Shen Yun dans in 2007, dronk een toverdrank uit een kalebas en vloog daardoor naar de maan.
De kalebas is een soort klimplant uit de komkommerfamilie (Cucurbitaceae), waar ook de pompoen en de meloen toe behoren. Verse kalebassen hebben een zachte groene schil en worden gegeten als groente. Rijpe kalebassen hebben een goudgele tint. In de oudheid verwerkte men kalebassen tot snuifdozen en bloemenvazen. Ze werden ook gebruikt als flessen voor water, geneesmiddelen en drank. Fleskalebassen kunnen de smaak van wijn lange tijd goed houden. Klassieke medische handboeken vermeldden dat wijn in fleskalebassen ontstekingen tegenging, het gezichtsvermogen verbeterde en hielp met de spijsvertering.
In Feng Shui wordt geloofd dat kalebassen de kracht hebben om boze geesten uit te drijven. Het Chinese woord voor kalebas (hu lu) is homoniem met de woorden “bescherming” en “geluk”. Mogelijk ligt daarin de reden dat men in de oudheid kalebassen beschouwde als geluksbrengers, en men ze boven deurposten hing of met zich meedroeg om ongeluk af te wenden.
23 juni 2011